Stefans getuigenis
Van gebondenheid naar vrijheid

Vanuit de wereld naar Gods Koninkrijk
Op 29 december 1996 ging er een nieuwe wereld voor mij open.
Die dag werd ik wederom geboren en leerde ik Jezus kennen. Ik was toen 29 jaar oud. Wat een dag was dat – een grote last viel van mij af. Mijn vrouw Wendy en ik hebben op diezelfde dag de Heere Jezus in ons leven aangenomen. Hieraan is veel voorafgegaan.
Hij heeft ons getrokken uit de macht van de duisternis en overgezet in het Koninkrijk van de Zoon van Zijn liefde. – Kolossenzen 1:13
Op jonge leeftijd was ik niet gelukkig. Ik voelde me altijd alleen en onbegrepen. Het begon al op de kleuterschool. Iedereen speelde met elkaar, maar voor mijn gevoel hoorde ik daar niet bij. Het was alsof alles altijd voor een ander was.
Er was schaamte en minderwaardigheid in mij, juist voor alles wat leuk en vrolijk was. Zelfs mijn eigen verjaardag wilde ik niet vieren.
Toen ik vijf jaar oud was, werd er op de kleuterschool een feest georganiseerd – een verkleedpartij. Mijn moeder had via kennissen een heksenpak geregeld. Ik weet nog goed dat ik dat pak niet wilde aantrekken. Na wat aandringen heb ik het toch aangetrokken. Op het moment dat de cape om mijn lichaam ging, en de pruik en hoed op mijn hoofd werden gezet, voelde ik iets in mijn lichaam komen. Toen had ik nog geen besef van wat er precies gebeurde.
Vaak voelde ik een bepaalde angst die ik niet kon omschrijven
Vaak voelde ik een bepaalde angst die ik niet kon omschrijven.
Naarmate ik ouder werd, ervaarde ik in mijn geest dat ik kon spreken met de geestelijke wereld. Die onverklaarbare angst bleef. Er was ook altijd een angst in mij voor de dood. In de nachten had ik vaak dromen waarin ik naar beneden viel. Door de schrik werd ik dan wakker. Of ik droomde van een verkeersongeluk, en die gebeurtenis vond dan dezelfde dag ook letterlijk plaats, waar ik zelf bij was.
Rond mijn elfde jaar deden we met vrienden aan glaasje draaien – we riepen geesten op. We hadden toen geen enkel besef van wat we eigenlijk aan het doen waren.


Een stem zei ook altijd in mijn hoofd dat ik niet ouder dan 27 jaar zou worden
Langzaam begon mijn leven te veranderen, en ik raakte steeds meer in een depressie.
Er was een stem in mijn hoofd die steeds zei dat ik niet ouder zou worden dan 27 jaar.
Naarmate ik ouder werd, werden die stemmen luider. Ze dwongen me telkens om met ze te praten. Ze zeiden letterlijk: “Stefan, wees in de geest.”
Ik probeerde het altijd te negeren, maar het bleef aanhouden.
In die periode voelde ik voortdurend een donkere aanwezigheid om me heen. Het was alsof er altijd iets achter me stond, al kon ik het niet verklaren.
Mijn lichaam voelde ook constant ijskoud aan.
Toen ik 19 was, leerde ik mijn vrouw Wendy kennen. Dat ging op een bijzondere manier. Toen ik 15 jaar was, zag ik haar een keer samen met twee vriendinnen. Op dat moment wist ik al dat ik later met haar zou trouwen. Daarna heb ik haar tot mijn 19e niet meer gezien. Vier jaar later gebeurde het dat ze tegenover ons ouderlijk huis kwam wonen. Zo kwamen we opnieuw met elkaar in contact.
"Pas op voor christenen, deze zijn levensgevaarlijk, dit zijn bidders, blijf uit de buurt van ze"
Wendy nam mij regelmatig mee naar een familielid van haar. Deze vrouw was wedergeboren, maar dit voelde niet prettig. Elke keer als ik in de buurt van christenen kwam, zei een stem in mij: “Pas op voor christenen, die zijn levensgevaarlijk. Dat zijn bidders – blijf uit hun buurt.”
In die tijd was ik depressief. Ik had mensenvrees, stemmen in mijn hoofd, en gedachten om uit het leven te stappen. Het werd steeds erger. Er waren momenten dat ik mensen niet meer aan kon kijken – mijn hoofd en mijn ogen werden letterlijk naar beneden getrokken. Wat ik ook deed, ik kon er niet tegen vechten; het was sterker dan ik.

Op zondag 29 december 1996 kwam er verandering, we kregen allebei een ontmoeting met Jezus en bekeerden ons

Toch was er nog steeds in mij iets wat blokkeerde
Nadat dit gebeurd was, voelden we allebei een verandering in ons leven. Er was een diepe rust in ons gekomen die we niet konden beschrijven.
Toch voelde ik nog steeds iets wat me blokkeerde. Ik kon niet precies benoemen wat het was, maar ik voelde me gebonden en wist niet waar die gebondenheid vandaan kwam.
Naarmate ik meer de Bijbel ging lezen, begon ik dingen te herkennen die in mijn eigen leven speelden.
Zo las ik in Exodus 20:5 dat God de misdaden van vorige generaties laat doorwerken tot in het derde en vierde geslacht:
“U zult zich daarvoor niet neerbuigen en die niet dienen, want Ik, de HEERE, uw God, ben een na-ijverig God, Die de misdaad van de vaderen vergeldt aan de kinderen, aan het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten.”
— Exodus 20:5
In mijn voorgeslacht was er veel gebeurd, waar ik me totaal niet van bewust was. Er was sprake van prostitutie, helderziendheid en andere occulte praktijken.
De geestelijke wereld ging voor mij open, en ik begon steeds duidelijker te zien waar de gebondenheden en blokkades zaten.
Diep vanbinnen wist ik: Gods Woord is waarheid. Deze dingen moesten wijken uit mijn leven. Maar hoe?
Wat zijn de sleutels tot vrijheid?
Lees verder in ‘Van duisternis naar Licht’, en ontdek hoe God mensen werkelijk vrijmaakt.
Schrijf je in voor de nieuwsbrief
Blijf op de hoogte van het laatste nieuws, tips en exclusieve aanbiedingen!
Zet de volgende stap naar vrijheid
Ontdek hoe Bijbelse principes je leven kunnen veranderen en je dichter bij God brengen.